Begroting 2020

Financiering

Risicobeheer

Het risicoprofiel bestaat uit de volgende onderdelen. De renterisico’s op de vlottende en vaste schuld, kredietrisico op de uitgezette middelen, koersrisico, liquiditeitsrisico, debiteurenrisico en valutarisico. In de huidige situatie manifesteren alleen de twee eerstgenoemde risico’s zich.

Renterisico's

Renterisico’s kunnen worden onderscheiden in:

  • het renterisico van de vlottende schuld (de kasgeldlimiet) en
  • het renterisico van de vaste schuld (de renterisiconorm).

Kasgeldlimiet
De kasgeldlimiet is het maximumbedrag waarvoor kortlopende financieringsmiddelen (looptijd < 1 jaar) aangetrokken mogen worden. De kasgeldlimiet stelt daarmee een grens aan het te lopen renterisico op de korte schuld. Als de kasgeldlimiet overschreden wordt moet worden overgegaan tot omzetting naar langlopende schulden (looptijd > 1 jaar). De kasgeldlimiet wordt jaarlijks vastgesteld en heeft een omvang van 8,5% van het begrotingstotaal aan lasten. In onderstaande tabel zijn de gegevens vanaf 2020 weergegeven. Voor 2020 betekent dit dat tot een bedrag van € 5,1 mln met kort geld mag worden gefinancierd.

Toetsing kasgeldlimiet 2020 (x € 1.000,-)

2020

2021

2022

2023

Omvang begroting

60.493

60.980

60.784

61.756

Toegestane kasgeldlimiet

In % van de grondslag

8,5%

8,5%

8,5%

8,5%

In bedrag

5.142

5.183

5.167

5.249

Renterisiconorm
Evenals bij de korte schuld is het vermijden van grote fluctuaties in de rentelasten als gevolg van renteschommelingen bij lange financieringen een belangrijk uitgangspunt. Om de effecten van deze schommelingen te beheersen is in de wet Fido de renterisiconorm opgenomen. Deze heeft tot doel renterisico’s op de vaste schuld te beheersen door het aanbrengen van een spreiding in de looptijden van de leningenportefeuille. Door de langlopende financiering te realiseren binnen de kaders van de renterisiconorm wordt het renterisico van de langlopende schuld op verantwoorde wijze beheerst. In de volgende verplichte tabel worden de renterisico’s met betrekking tot de vaste schuld weergegeven.

Toetsing renterisiconorm 2020 (x € 1.000)
Uit onderstaand overzicht blijkt dat onze gemeente in de komende jaren ruim binnen de gestelde normen blijft.

2020

2021

2022

2023

Berekening renterisico

Renteherzieningen

0

0

0

0

Verplichte aflossingen

4.382

5.382

5.382

5.292

Renterisico op vaste schuld

4.382

5.382

5.382

5.292

Renterisiconorm

Begrotingstotaal

60.493

60.980

60.784

61.756

Vastgestelde % gemeenten

20%

20%

20%

20%

Renterisiconorm

12.099

12.196

12.157

12.351

Toetsing renterisiconorm

Renterisiconorm

12.099

12.196

12.157

12.351

Renterisico op vaste schuld

4.382

5.382

5.382

5.292

Ruimte + / overschrijding -

7.717

6.814

6.775

7.059

Kredietrisico

Kredietrisico’s ontstaan enerzijds door het verstrekken van leningen, anderzijds door het verstrekken van gemeentegaranties. Het treasurystatuut bepaalt dat uitzettingen en garanties alleen tot stand komen indien zij een publieke taak dienen. Bij het beoordelen van verzoeken om leningen of garanties wordt in elk geval nagegaan of voor de sector waarin de organisatie werkzaam is een zogenaamd waarborgfonds bestaat. Bij de gemeente Beuningen zou  zich een kredietrisico kunnen voordoen bij de geldleningen aan de NUON, de Vitens en een aantal verenigingen. De aan ambtenaren verstrekte geldleningen zijn voorzien van een hypothecaire zekerheid.

Renteschema

Renteschema

in € (+=baat,voordeel/-=last,nadeel)

2020

2021

2022

2023

a. De externe rentelasten over de korte en lange financiering +/+ €

-2.564.000,00

-2.193.000,00

-1.988.000,00

-1.787.000,00

b. De externe rentebaten over de korte en lange financiering -/- €

204.000,00

177.000,00

148.000,00

148.000,00

Saldo externe rentelasten en rentebaten €

-2.360.000,00

-2.016.000,00

-1.840.000,00

-1.639.000,00

c1. Doorberekende rente aan de grondexploitatie -/- €

379.000,00

267.000,00

200.000,00

121.000,00

c2. Doorberekende rente van projectfinanciering aan taakvelden -/- €

605.000,00

673.000,00

665.000,00

712.000,00

c3. De rentebaat van doorverstrekte leningen +/+ €

Aan taakvelden toe te rekenen externe rente €

984.000,00

940.000,00

865.000,00

833.000,00

d1. Rente over eigen vermogen +/+ €

-

-

-

-

d2. Rente over voorzieningen +/+ €

-

-

-

-

Aan taakvelden toe te rekenen interne rente €

-

-

-

-

Totaal aan taakvelden toe te rekenen rente €

-1.376.000,00

-1.076.000,00

-975.000,00

-806.000,00

e. De werkelijk aan taakvelden toegerekende rente (renteomslag) -/- €

1.590.000,00

1.591.000,00

1.579.000,00

1.668.000,00

f. Renteresultaat op het taakveld Treasury €

214.000,00

515.000,00

604.000,00

862.000,00

Uit bovenstaand schema valt het volgende op te maken:
De totale rentelast over de huidige leningen bedraagt € 2.564.000,-. De totale rentebaten worden begroot op € 204.000,- zodat de netto rentelast € 2.360.000,- bedraagt.
Een bedrag van € 379.000,- wordt toegerekend aan de grondexploitaties. Dit is 3,5% over de boekwaarde. Een bedrag van € 605.000,- wordt als rente projectfinanciering doorbelast naar de taakvelden riolering en afval. De netto rentelast bedraagt. € 1.376.000,-. De boekwaarde van de activa bedraagt € 45.424.000,-.

De omslagrente is 3,03%. In de begroting is gerekend met een begroot omslagpercentage van 3,5%.

Het renteresultaat bedraagt € 214.000,-. Het verschil tussen de 3,5% en 3,03%. Dit bedrag komt ten gunste van het begrotingssaldo.

Beleggingen

Dit zijn beleggingen als gevolg van deelnemingen in de vorm van aandelen. Voor 2020 betreft dit deelnemingen in de onderstaande partijen.

Beleggingen

Aantal aandelen

Boekwaarde 1-1-2020

Borgstellingsfonds Maas & Waal

--

286

Vitens

--

24.035

DAR

3.583

284.946

BNG

--

30.948

Bouwkas Noord Ned. Gemeenten

--

136

Voormalig B.A. Beuningen

--

204

Recreatieschap Veluw

5.148

5.148

Totaal

8.731

345.703