Algemene uitkering uit het gemeentefonds
De hoogte van het accres zoals geformuleerd in een van de rijkscirculaires kan positief of negatief worden bijgesteld door het principe 'samen trap op-samen trap af'. De financiële consequenties van de neerwaartse bijstelling zijn vooraf moeilijk in te schatten.
Herziening Financiële-verhoudingswet
Wij ontvangen jaarlijks geld van het Rijk om taken uit te voeren. Een groot deel daarvan krijgen wij via het gemeentefonds. Door deze uitwisseling ontstaat een financiële verhouding met de Rijksoverheid. Sinds de laatste herziening van de Financiële-verhoudingswet in 1997 is er veel veranderd. Zo pakken gemeenten meer taken op in het sociaal domein en werken overheden steeds meer samen. De minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties kondigde daarom in de Tweede Kamer aan de financiële verhouding op een aantal punten te herzien. Een belangrijk onderdeel van de herziening van de financiële verhoudingen is de herijking van het gemeentefonds.
De jaarlijkse bijdrage aan gemeenten via dit fonds bedraagt circa € 30 miljard en wordt vanaf 2021 anders verdeeld. De fondsbeheerders (de minister van BZK en de staatssecretaris van Financiën) onderzoeken tot begin 2020 samen met gemeenten hoe we het geld het best kunnen verdelen. Daarnaast moet de verdeling door herijking eenvoudiger worden. De herziening kan een negatief effect hebben voor onze gemeente. In de programmabegroting hebben wij op het product van algemene uitkering rekening gehouden met een mogelijk daling van € 200.000, oplopend tot € 800.000 in 2023.